Voor de wedstrijd beslist een toss wie als eerste een keuze mag maken. Gewoonlijk laat men de shuttle van het net vallen, waarna de richting van de shuttle de toss beslist. Degene die de toss wint mag kiezen van

• eerst te serveren
• niet te serveren
• te beginnen aan een bepaalde zijde van het veld

De belangrijkste regels van elke opslag zijn:

• De racketsteel moet naar beneden wijzen tijdens de opslag
• Het contactpunt van de racket met de shuttle moet onder je middel zijn
• Je moet de dop van de shuttle eerst raken

Bij de opslag staan zowel de serveerder als ontvanger opgesteld in het serveerveld (blauw). Je geeft van rechts naar de linkerhelft (rechts voor de tegenstanders) op wanneer je een even score hebt. Als je team een oneven score heeft, dan serveer je van het linkerveld naar het rechterveld (voor de tegenstanders is dit hun links veld). Opgelet: op de lijn betekent binnen!

Wanneer het team dat opslaagt ook het punt wint, dan blijft dezelfde speler opslagen. Dit betekent dat deze speler nu serveert van en naar het andere serveervak. In alle andere gevallen blijven beide spelers aan hun kant staan.

Enkel de serveerder en ontvanger moeten met beide voeten in hun serveervak staan. Hun parners mogen gaan staan waar zij willen.

In de foto is het 1-1, dus het blauwe team heeft een oneven score. Zij serveren dus vanuit het linkse veld naar het blauwe vak.

Voor enkelspel zijn de regels hetzelfde als dat voor dubbel, behalve dat het serveervak anders is. Ook moeten beide spelers nog steeds met beide voeten in hun serveervak staan.

Deze wedstrijd is net begonnen, het is dus 0-0. 0 is een even score, dus er wordt van rechts geserveerd.

Na de opslag tracht het blauwe team de shuttle op de grond te krijgen binnen de blauwe zone. Let op, op de lijn betekent binnen! Uiteraard geldt hetzelfde voor de tegenstanders.

Dubbelspel draait allemaal om snelheid. Er wordt op elk moment gevochten voor een mogelijkheid tot aanval. Hiervoor moet de shuttle zo snel mogelijk onderschept worden.

Het veld bij enkelspel ziet er weer een beetje anders uit.

Over het algemeen draait enkelspel sterker om tactiek en uithouding. Je speelt dan de shuttle om het de tegenstander zo moeilijk mogelijk te maken, terwijl je zelf zo weinig mogelijk energie probeert te verbruiken.

In dit enkelspel dames heeft rood net een smash gespeeld. Blauw staat hierdoor uit balans en speelt kort vooraan links (zo ver mogelijk van rood). Rood loopt zo snel mogelijk naar voor om blauw geen tijd te geven om zich te herpakken, maar de shuttle van blauw is laag en kort genoeg om een volgende aanval te voorkomen.

Om een wedstrijd te winnen moet je 2 sets winnen. Elke set wordt gespeeld tot 21 met minstens twee punten verschil (vb. 21-13, 23-21 of 27-25) en als uiterste maximum 30-29. Na elke set wissel je van speelhelft en in de derde set wissel je nogmaals van speelhelft wanneer een team 11 punten heeft gemaakt. Het team dat een set wint mag de volgende set serveren.

Je scoort een punt wanneer

• je de shuttle in het veld van de tegenstanders kan slagen
• de tegenstanders een fout maken doordat
  • ze een incorrecte service geven
  • de shuttle buiten land
  • de shuttle niet over het net gaat
  • de shuttle iets aanraakt dat niet een racket of het net is (dus het plafond raken is ook een fout)
  • de shuttle twee maal te raken door hetzelfde team
  • de shuttle op te vangen en terug te gooien

Bij discussie of bij een onbeslist punt (vb. iemand verstoort de wedstrijd) kan worden gekozen voor een let. Hierbij wordt het punt opnieuw gespeeld. Het volledige reglement kan je hier vinden onder "C 800 Spelregels van badminton".

De beste manier om de spelregels te leren kennen is om zelf te spelen of een wedstrijd te bekijken. Hieronder vind je een wedstrijd van enkelspel tussen Lin Dan en Lee Chong Wei (de wedstrijd begint op 7:20). Dan heb je ook een dubbelspel bij de dames tussen M. Matsutomo/A. Takahashi vs. L. Ying/L. Yu (de wedstrijd begint op 6:00). Al deze spelers staan aan de top van de wereldranking.